
Afwisselende baan in techniekonderwijs: word TOA
Als Technisch Onderwijs Assistent (TOA) begeleid je docenten bij biologie, natuurkunde en scheikunde. Met bijvoorbeeld het voorbereiden en uitvoeren van practicums, het bedenken van nieuwe experimenten, het ondersteunen van leerlingen, toezien op de veiligheid in het lokaal en helpen bij orde houden in de klas.
Technisch Onderwijs Assistent: didactische en praktische vaardigheden
Practicumlokalen in het bètaonderwijs veranderen steeds meer in laboratoria waar leerlingen zelfstandig werken. Dit vraagt van een TOA didactische en praktische vaardigheden, maar ook de nodige vakkennis. ‘Tijdens dit erkende keuzedeel leer je de basis van het TOA-schap’, zegt Marjon Dullemond, docent Laboratoriumtechniek.
‘Je wordt breed opgeleid in de technische vakken, maar ook in didactiek; omgaan met een groep, hoe geef je grenzen aan, hoe motiveer je leerlingen, hoe stuur je ze aan, hoe houd je gezag? Werk je al op een school, dan kun je oefenpraktijklessen daar geven. Heb je nog geen werkplek in het onderwijs omdat je zij-instromer bent, dan geef je minilessen aan studenten van laboratoriumtechniek bij Rijn IJssel.’

Docentenopleiding scheikunde
Zelf rolde Marjon Dullemond via allerlei omzwervingen in het onderwijs. Met haar mbo-opleiding Laboratoriumtechniek op zak, gaf ze ooit lessen op de school van een vriendin. Vervolgens kon ze ter vervanging als amanuensis in het voortgezet onderwijs aan de slag. Ze bleef, haalde een pedagogisch-didactische aantekening en volgde de docentenopleiding scheikunde. Na tien jaar in het voortgezet onderwijs werd ze mbo-docent laboratoriumtechniek.
TOA: gevarieerde functie
Marjon Dullemond: ‘Ik ben dus weer terug waar ik ooit begon. Studenten die bij ons het keuzedeel TOA volgen, hebben veel voordeel van het studeren in een lab-omgeving. Ze ontwikkelen bijvoorbeeld kennis over veiligheid tijdens een practicum, het gedrag van verschillende stoffen en het juist etiketteren van stoffen. Als je in een laboratorium gaat werken, krijg je vaak te maken met meer repeterende werkzaamheden. Als TOA heb je juist een heel gevarieerde functie.’
Werk in overvloed
Lyndon van den Brink is net afgestudeerd en al werkzaam als TOA. Zijn stage was klaar en hij kreeg direct het aanbod om te blijven op Het Rhedens in Dieren. ‘Het is een afwisselende baan. Ik begeleid leerlingen van praktijkonderwijs tot eindexamen vwo, dus ik varieer alleen al enorm in instructievorm. Daarbij is geen practicum of proef hetzelfde.’
‘Oog voor veiligheid, humor en creativiteit zijn belangrijk voor een TOA. Laatst bleef er een hoeveelheid boorzuur over. Daar heb ik toen zelf verschillende proeven mee bedacht. Dat uitzoeken en berekenen doe ik graag. Mijn vader werkt in de techniek en zelf vond ik CSI altijd al leuk, zo kwam ik op het idee van deze opleiding.’
TOA combineren met studeren
Studente Julia van Moerkerk is bijna klaar. Ook zij werkt al als TOA op haar stageschool. Daarnaast studeert ze af bij de Wageningen University & Research. Ze heeft het zo kunnen regelen dat ze een jaar mag doen over haar afstudeerstage (in plaats van een half jaar), zodat ze twee dagen per week als TOA bij het Citadel College in Lent kan werken.
Proeven bedenken over reactiesnelheid
‘Voor Kerst wilde een docent leerlingen zelf kneedgum laten maken. Dan bedenk ik hoe. Of ik krijg de opdracht om proeven te verzinnen die over reactiesnelheid gaan. Ik vond altijd biologie en scheikunde interessant. Meteen toen ik na de havo hier begon, wist ik dat ik TOA wilde worden. Ik ben maar iets ouder dan sommige leerlingen die ik help, maar dat is eerder een voordeel dan een nadeel. Als TOA ga je meteen het diepe in: de dag na het behalen van mijn certificaat kon ik al praktijktoetsen microscopie mee beoordelen.’