Hoe bedenk en maak je samen een blitse bolide?
Het begon met de vraag van de werkgroep Sterk Techniek Onderwijs Regio Nijmegen: bedenk een project om meer leerlingen bekend te maken met, en enthousiast te krijgen voor techniek. Een kolfje naar de hand van Max Wagener. ‘Samen zeepkisten bouwen. Succes verzekerd. Bij collega’s was er aanvankelijk scepsis over mijn idee. Die dachten waarschijnlijk aan twee planken op vier wieltjes met een touw als stuur’, zegt Wagener met pretogen. ‘Ik wilde serieuze raceskelters bouwen, met een stalen frame, professionele stuurinrichting , schokdemping, schijfremmen en met een flitsend uiterlijk natuurlijk.’
Speels
‘Bij de bouw van de kist komen leerlingen op een speelse, uitdagende manier in aanraking met allerlei technieken. Ze moeten een constructie en stuursysteem bedenken en maken, zagen, lassen, draaien en frezen, een remsysteem bedenken, schroefdraad tappen en snijden, slijpen, assembleren en een mooi afgewerkte carrosserie maken. En rekening houden met de aerodynamica, want het ding moet wel vooruit kunnen en bestuurbaar zijn.’
Het idee kon uit de startblokken, omdat het Montessori College Groesbeek beschikt over een grote techniekruimte en een uitgebreid machinepark. Max Wagener: ‘In het voortgezet onderwijs in de regio zijn we een van de weinige scholen met dergelijke faciliteiten. We vinden het namelijk belangrijk dat onze leerlingen op een laagdrempelige, maar serieuze manier kennismaken met techniek. Wie ervoor kiest, krijgt hier wekelijks acht lesuren techniek.’
Voor Wagener is zo’n project geen onbekend terrein. Al eerder bouwde hij met leerlingen cross-brommers , terraskachels en een motorboot. In samenwerking met Sam Heemskerk van ROC Nijmegen en Chris de Klein van het Pro College Nijmegen werd het ‘zeepkistplan’ een heus project: de Racecar Challenge. Vier scholen gingen schooljaar 2020 – 2021 in nauwe samenwerking van start met het project: het Montessori College Groesbeek, het Pro College Nijmegen, ROC Nijmegen en Agora 10-15 Nijmegen/ Groesbeek. Covid 19 gooit echter roet in het eten, want sinds de tweede lockdown liggen de bouwactiviteiten stil, behalve op het Montessori College. Hier volgen examenleerlingen hun lessen en gaan ook de (verkorte) praktijklessen door, conform de RIVM-regels.
‘Hopelijk kunnen we gauw weer allemaal aan de slag, zodat we de kisten klaar hebben voor de race aan het eind van het schooljaar’, zegt Max Wagener. Ook Sam Heemskerk baalt, zijn studenten kunnen niet op de Technoviumlocatie van het ROC werken. ‘Bovendien gaan ze binnenkort ook nog tien weken op stage, dus een race tegen de klok wordt het sowieso.’ De zeepkisten van zijn studenten Werktuigbouwkunde en Creatieve Technologie zijn in de basis klaar, maar de carrosserie moet nog opgebouwd worden.
Ontdekken
Aan de bouw van de zeepkisten werken leerlingen in de leeftijd van 10 tot 18 jaar. Sam Heemskerk: ‘Natuurlijk is er verschil in wat een tienjarige kan tegenover een roc-student techniek. Maar toch, vergis je niet. Driekwart van onze techniekstudenten heeft ook nog nooit een schroevendraaier in handen gehad als ze bij ons binnenkomen. Niet erg, maar hier ligt wel een uitdaging voor het voortgezet onderwijs. Ja, ze hebben gekozen voor techniek, maar op basis van een idee. Uitzonderingen daargelaten hebben ze nauwelijks besef van de praktijk en die is juist het instrument voor het kweken van technisch inzicht. Op tekening kan alles, maar dan komt de praktijk. Geef ze ruimte dit ook echt te ontdekken. Zo’n zeepkistproject is een ontdekkingstocht voor iedereen. Op de basisschool, de middelbare school én het MBO.’
‘Techniek kun je op elk niveau en voor elke leeftijd aanbieden’, vult Max Wagener aan. ‘Er is altijd wat te ontdekken. Je moet wel aansluiten bij de leefwereld en praktische vaardigheden van de leerlingen. Basisschoolleerlingen mogen nog niet met een lasapparaat of slijptol aan de slag. We steken in op wat ze wel mogen en kunnen, namelijk assembleren. Daarom maken onze Montessori bovenbouwleerlingen alle onderdelen van de zeepkisten voor de onderbouwleerlingen en de basisschool. De leerlingen daar zetten samen het bouwpakket in elkaar. En wie wel eens een bouwpakket met veel losse onderdelen in elkaar heeft gezet, weet dat dit een klus is waar je je samen lekker op kunt uitleven.’
Leerschool
‘Het gaat erom dat leerlingen op een speelse manier ontdekken dat je iets kunt bedenken en maken. Dat dingen misgaan, hoort erbij. Het verschil tussen een centimeter en een millimeter weet je heel gauw als iets wat je maakt niet past.’
Max Wagener roept Milan Janssen, vierdejaars VMBO-kader, erbij. Milan heeft aan een zeepkist gebouwd die inmiddels af is. ‘Toen ik bij Max begon wist ik technisch niks, maar ik wilde wel zo’n zeepkist bouwen. Schroefdraad tappen? Dingen exact op maat maken? Kon ik niet, maar ik heb het wel gedaan, nadat Max het voordeed. In het begin ging vaker iets mis, paste het net niet. Dan begon ik opnieuw. Nu doe ik het foutloos. Ik heb vooral meegeholpen aan het monteren van de stuurinrichting, het maken van de assen en het opbouwen van de carrosserie.’
Nu helpt Milan regelmatig de derdejaars met de bouw van hun zeepkisten. ‘Ook de derdejaars zijn enthousiast’, vertelt Max Wagener. ‘Elk vrij uur, voor, na en tijdens school lopen ze binnen. Of ze appen ‘Max ben je er? Dan komen we ook’. Geweldig toch.’
‘Het is voor iedereen die bouwt een leerschool’, zegt Max Wagener. ‘Ook ik word uitgedaagd, moet ter plekke nadenken over een praktische oplossing als iets niet werkt. Dat mogen de leerlingen ook zien, zo leren ze dat iemand niet alles weet, dat je door samen oplossingen te zoeken een probleem aanpakt.’
Sam Heemskerk herkent het. ‘Hier heb je een technisch regelement met de lengte, hoogte, breedte en gewicht waar de zeepkist aan moet voldoen. Begin maar. En dat doen ze. Ze maken een ruwe tekening, maar lopen al gauw tegen duizend dingen aan. Welke materialen? Hoe maak je een stabiele constructie? Wat is ‘grondspeling’? Hoe bepaal je de optimale stand van de wielen om vaart te maken en om goed te kunnen sturen? Welk gereedschap gebruik je waarvoor en hoe precies? Vragen waar ze al werkende een praktische oplossing voor moet vinden. En dan zie je bij de mbo’ers al gauw het verschil tussen de mensen die ‘theorieslim’ en ‘praktijkslim’ zijn. Bij zo’n project ontdekken ze dat ze elkaar wel nodig hebben om resultaat te boeken.’
Samen oplossingen zoeken
Max Wagener: ‘Wij zijn begonnen met YouTube filmpjes, foto’s van professionele zeepkisten en oude Formule 1-bolides. Zo hebben we toegewerkt naar de modellen die we nu bouwen. Van een idee naar de uitvoering is een enorme stap. Met echt materiaal voor je neus zien dingen er ineens heel anders uit. Zo werkt het. Ervaar het. Probeer dingen en probeer ze opnieuw totdat het lukt. Help elkaar, bedenk samen oplossingen.’
Danyl Arik, derdejaars op het Montessori College en zeepkistbouwer, vertelt: ‘Veel was nieuw voor me, maar ik help mijn vader met klussen, dus een beetje wist ik wel van techniek. Lassen was nieuw voor me. Soms doe ik dingen vaker voordat het echt goed is. Ik houd me vooral bezig met het zagen en lassen van de carrosserie, de pedalen en andere onderdelen. Met machines werken, vind ik mooi, maar het leukst is dat je samen goed moet nadenken voor je iets gaat maken. En dat het dan werkt zoals de bedoeling is. Het moet er natuurlijk ook goed uitzien.’
Adoptieprincipe
Behalve de scholen doen bedrijven mee aan het zeepkistproject. In beginsel volgens het adoptieprincipe. Leerlingen benaderen een bedrijf met hun verhaal en plan. Zo leveren deelnemende bedrijven als Protempo Nijmegen, Emkes Lease Groesbeek, Zandri Groesbeek, Bakker Transport Groesbeek en Smederij Kerkhoff Groesbeek indien mogelijk wielen en constructiematerialen, bevestigingsmiddelen, verf en reclamemateriaal.
Covid 19 buiten beschouwing gelaten, vindt volgens plan op 10 en 11 juli de Racecar Challenge plaats om de Sterk Techniek Trofee. Op die dagen laten de coureurs in de Dorpstraat in Groesbeek hun rijkunsten en de aerodynamica van hun machines zien aan het grote publiek.
Scholen die willen deelnemen aan de Sterk-Techniek zeepkisten race kunnen zich voor meer informatie en het regelement melden bij Max Wagener (m.wagener@montessoricollege.nl).